Fraude is van alle tijden. Ook in de eerste helft van de 18e eeuw. Bij de bewaard gebleven kerkvoogdij-rekeningen van de Hervormde gemeente Ureterp-Siegerswoude uit de periode van 1744-1749[2] komen we een vorm van fraude tegen met de Goudgulden die niet het juiste gewicht hadden. In de akte van opmaak en overdracht staat het volgende:
‘Reeckeninge bewijs en reliqua gedaan bij Sijger Sijbes en Frans Everts de soon van w: Evert Franses als kerkvoogden van Ureterp van de ontvang en uijtgave die w: Evert Franses en na desselfs overlijden de mede rendant Frans Everts heeft gehadt en waargenomen en dat van den 10 junij 1744 tot aan data deses sulcx aan handen van Sijger Eijses en Boocke Hendricx beide huijsluiden tot Ureterp voorschreven als nieu gekoozene en genomineerde kerkvoogden, aan handen van de Grietman Livius Suffridus Lijcklama à Nijeholt en Lubbertus Lijcklama à Nijeholt secretaris van Opsterland en ter presentie van de comparante ingesetenen’.